voor inwoners, met gemeenten

Tuberculose (tbc) is een infectieziekte die wordt veroorzaakt door een bacterie. De meest voorkomende vorm van tuberculose is longtuberculose. Tbc kan ook voorkomen in andere delen van het lichaam zoals nieren, gewrichten en klieren. De meest voorkomende klachten zijn hoesten, nachtelijk zweten, verminderde eetlust, afvallen zonder aanwijsbare reden, koorts, moeheid en lusteloosheid. Maar sommige mensen hebben nog geen klachten, terwijl er op de longfoto al een afwijking te zien is.

Tuberculose

Wanneer een patiënt met besmettelijke longtuberculose hoest, kunnen tuberculosebacteriën in de lucht komen en zich verspreiden. Iemand anders kan deze bacteriën inademen en hierdoor geïnfecteerd worden.
Tuberculose wordt niet overgebracht door het aanraken of zoenen van de patiënt. Ook kunt u niet geïnfecteerd worden door bestek, boeken of kleren die de patiënt heeft aangeraakt.
In Nederland neemt het aantal tuberculosepatiënten geleidelijk af. Elk jaar krijgen nog ongeveer 850 mensen deze ziekte.

Tuberculose is een groot probleem in veel andere landen. Negen miljoen mensen krijgen deze ziekte. Meer dan één miljoen mensen overlijden aan de gevolgen van tuberculose, vaak doordat ze geen goede behandeling krijgen. De ziekte is hierdoor soms moeilijk te bestrijden. Dat gebeurt vooral als de bacterie resistent is voor de meest gebruikte medicijnen en ook door de combinatie met HIV.

Na een infectie met de tuberculosebacterie is er een kans van ongeveer 10% dat deze persoon de ziekte tuberculose ontwikkelt. De meeste mensen ontwikkelen tuberculose in de eerst twee jaar na infectie. Het is echter ook mogelijk dat dit pas vele jaren later gebeurt. De kans om ziek te worden na een infectie is groter voor mensen die een verminderde afweer hebben door ziekte of door het gebruik van bepaalde medicijnen.

Een infectie met de tuberculosebacterie is goed te behandelen. Als uit onderzoek blijkt dat er sprake is van een infectie met de tuberculosebacterie, dan zal de arts medicijnen voorschrijven (profylaxe). Meestal duurt deze kuur drie tot vier maanden en wordt er een combinatie van twee verschillende medicijnen gegeven.
Als u deze medicijnen goed heeft gebruikt is de kans om toch nog tuberculose te krijgen sterk verminderd.

Tuberculose is te behandelen met een combinatie van verschillende medicijnen (antibiotica). De behandeling duurt minimaal zes maanden en kan bijwerkingen geven. Als de bacterie resistent is tegen de twee krachtigste antibiotica is er sprake van multiresistente tuberculose, behandeling duurt dan vaak lang (minimaal negen maanden).

De specialist (in het ziekenhuis of bij de GGD) die de patiënt behandelt en de medicijnen voorschrijft, informeert de GGD over de behandeling. De verpleegkundige van de GGD gaat bij de patiënt op bezoek. Deze kan alle vragen over de ziekte beantwoorden en geeft praktische tips over hoe om te gaan met de ziekte, het innemen van de medicijnen en adviezen ten aanzien van besmettelijkheid voor de omgeving. Tijdens de behandeling blijft de verpleegkundige contact houden met de patiënt.

In landen waar tuberculose veel voorkomt krijgen kinderen kort na de geboorte een vaccinatie die hen beschermt tegen de ernstigste vormen en complicaties van tuberculose.

In Nederland krijgen alleen kinderen die jonger zijn dan 12 jaar en van wie één of beide ouders uit een land komt waar tuberculose nog veel voorkomt deze vaccinatie.

Aan een volwassene zal een advies voor deze vaccinatie soms gegeven worden bij langdurige of risicovolle reizen, bijvoorbeeld als u gaat werken in de gezondheidszorg van een land waar veel tuberculose voorkomt.